De elfjarige Mick moet koken voor zijn leven. Zeven dagen lang moet hij iets maken wat keizer Linus I lekker vindt. Er is echter één probleem: de keizer lust niets.
Sinds de oude koning dood is, regeren de keizer en zijn raadsheer Minelotte met harde hand. Protesteren is gevaarlijk. Voor je het weet zit je gevangen op de Witte rots, een kaal eilandje voor de kust.
Als Mick in de problemen komt, gaat hij een weddenschap aan met de keizer. Wint Mick de strijd op leven en dood, dan redt hij niet alleen zichzelf, maar ook alle mensen die zijn verbannen. Verliest hij, dan wacht hem een gruwelijke straf...
â INCLUSIEF MICK'S RECEPTEN!
Fragment:
De keizer droogt zijn tranen en kijkt naar de raadsheer, die al die tijd zwijgend naast hem heeft gestaan. 'Hij wil echt voor mij koken!' Daarna kijkt hij opnieuw naar mij. 'En waarom denk jij iets te kunnen maken dat ik lekker vind? Iedereen die het geprobeerd heeft, zit nu rauwe meeuweneieren leeg te slurpen op de Rots. Zo verdrietig steeds, als ik er weer eentje weg moet sturen. Al die kindjes die alleen achterblijven. Maar ik heb geen keus, want ik kan nou eenmaal niet accepteren dat onderdanen hun keizer teleurstellen. Is het nou echt te veel gevraagd dat iemand fatsoenlijk voor mij, de keizer, kookt?'
'Ik kan koken, sire. Ik kook al sinds mijn negende.'
De keizer kijkt nog een keer naar de raadsheer, die bijna onmerkbaar knikt.
'Nou, vooruit dan maar. Als ik jou was, had ik een jaartje dwangarbeid gedaan, daar word je een sterke jongen van. Maar goed, jouw keuze.'