Mijn naam is Maviah, dochter van Rami Bin Malik. En zijn naam was Jeshua. Ik leerde hem kennen als de gezalfde die grote macht zou schenken aan het handjevol mensen dat hem op zijn pad volgde.
Wanneer vijanden onverwachts aanvallen, krijgt Maviah, de bastaarddochter van een van de machtigste bedoeïensjeiks in Arabië, de opdracht koning Herodes om hulp te vragen. Maviah ontsnapt met de hulp van twee van haar vaders soldaten - Saba, die meer met zijn zwaard spreekt dan met zijns tem, en Juda, een Jood die de sterren leest. Een reis vol gevaren begint. Als het hen al zal lukken om de uitgestrekte en dodelijke zandvlakten te overleven, wacht hen een brute wereld waarin ze onderworpen zijn aan wrede koningen en keizers.
Maar dan ontmoet Maviah een man van een heel ander kaliber - een raadselachtige leraar die spreekt over een koninkrijk dat uiteindelijk zal trimoferen. Zijn naam is Jeshua en zijn woorden zetten alles wat Maviah ooit geleerd heeft op zijn kop. Hem volgen is een risicovolle onderneming, maar misschien wel de enige kans voor Maviah om zichzelf en allen die haar dierbaar zijn te redden.
Ted Dekker droomde er al jaren van om de wereld van Jezus te gebruiken voor een roman. Met een frisse blik beschrijft hij het leven van Jezus, door de ogen van een buitenstaander. Zo kon hij de kracht van Jezus opnieuw zien, en nadenken over de vraag: hoe wil Jezus dat wij ons leven leiden? In Anno Domini 30 laat Ted Dekker de wereld van Jezus op een bijzondere manier tot leven komen.
'Anno Domini 30 is een genre op zichzelf.'
- New York Times